Japans klimaat verwijst naar de weersomstandigheden en klimaatpatronen die specifiek zijn voor Japan. Japan heeft een gematigd klimaat dat varieert van noord naar zuid. Het noordelijke eiland Hokkaido heeft koude winters en gematigde zomers, terwijl de zuidelijke eilanden zoals Kyushu en Shikoku milde winters en hete, vochtige zomers kennen.
Het klimaat wordt sterk beïnvloed door de volwassen wisselwerking tussen de oceaanstromingen, zoals de warme Kuroshio-stroom en de koude Oyashio-stroom, en de geografische kenmerken van het land, dat bestaat uit bergen en kustlijnen.
Japan ervaart ook seizoensgebonden weersverschijnselen zoals de taifuns in de late zomer en de herfst, die kunnen zorgen voor zware regenval en stormen. De winters kunnen ook veel sneeuw met zich meebrengen, vooral in de noordelijke en westerse delen van het land.
Bovendien is de lente in Japan beroemd om de kersenbloesems (sakura), die een belangrijk cultureel fenomeen zijn. Over het algemeen kent Japan dus een diverse en dynamische klimaatstructuur die essentieel is voor zijn ecologie en agrarische activiteiten.
Japan ervaart een ongewoon volhoudende winter, wat invloed heeft op dagelijkse activiteiten zoals wasdoen. Westerse regio's worden geconfronteerd met een besneeuwd en regenachtig landschap, wat uitdagingen oplevert voor plannen om…